kleurenbalans

Een veelzijdig hulpmiddel om de kleurbalans van de afbeelding aan te passen.

Deze module kan worden gebruikt om parasitaire kleur-zweem te herstellen of om de visuele sfeer van een beeld te verbeteren met behulp van kleurcorrectie, een populaire techniek in de bioscoopindustrie. Voor een op scene-gerefereerde werkvolgorde kan je overwegen om in plaats daarvan de verbeterde module kleurenbalans rgb te gebruiken.

🔗overzicht

Met de module kleurenbalans kan je kleuren selectief verschuiven op luminantiebereik (schaduwen, middentonen en hooglichten). Het kan dit doen met behulp van twee verschillende methoden:

lift, gamma, gain
De klassieke methode, die een meer gescheiden controle van schaduwen versus hooglichten mogelijk maakt.
helling, verschuiving, kracht
De nieuwe standaard gedefinieerd door de American Society of Cinematographers Color Decision List (ASC CDL) en meer geschikt voor scene-gerefereerd bewerken.

De master instellingen hebben invloed op de hele afbeelding. Ze zijn niet beschikbaar in de modus lift, gamma, gain (sRGB). Het bereik van de schuifregelaars is beperkt tot gebruikelijke waarden ([50%; 150%] voor verzadiging, [-50%; 50%] voor contrast), maar hogere en lagere waarden kunnen worden gedefinieerd via toetsenbordinvoer na rechtsklikken op de bijbehorende schuifregelaar .

Voor een betere efficiëntie wordt in de modus helling, verschuiving, kracht aanbevolen dat u eerst de helling instelt, dan de verschuiving en tenslotte de kracht, in die volgorde. De naam van de modus kan worden gebruikt als geheugensteuntje om de volgorde te onthouden.

De schaduwparameter heeft een veel groter effect in de helling, verchuiving, kracht-modus dan in de lift, gamma, gain-modus. Bij het overschakelen van de eerste naar de laatste moet je de verzadiging in schaduwen aanpassen, te delen door ongeveer 10.


Opmerking: Hoewel deze module inwerkt op RGB-kleuren, wordt hij door zijn locatie in de pixelpijp in de Lab-kleurruimte geplaatst. Dienovereenkomstig converteert de module van Lab naar RGB, voert zijn kleuraanpassingen uit en converteert vervolgens terug naar Lab.


🔗voorinstellingen

Deze module bevat verschillende voorinstellingen om jou te helpen beter te begrijpen hoe deze het beste kan worden gebruikt. De voorinstelling “blauwgroen/oranje kleurcorrectie” is een zeer populaire look in de bioscoop en is een goed demonstratie-model. Het is bedoeld om te worden gebruikt met twee instanties gecombineerd met maskers. De eerste instantie zal huidtinten uitsluiten en neutrale kleuren verschuiven naar groenblauw. De tweede keert de eerste gedeeltelijk terug en voegt alleen meer levendigheid toe aan huidtinten. Samen creëren ze een scheiding tussen onderwerp en achtergrond. De maskeer- en mengparameters moeten worden aangepast aan elke afbeelding.

Andere voorinstellingen bieden Kodak-film-emulaties. Op deze manier kan je elke gewenste film-look creëren met kleurenbalans.

🔗module instellingen

modus
lift, gamma, gain (sRGB) is de legacy-modus van darktable 2.4 en eerder. In deze modus worden de kleurtransformaties toegepast in sRGB-kleurruimte gecodeerd met het sRGB-gamma (gemiddeld gamma van 2,2).

lift, gamma, gain (ProPhoto RGB) is hetzelfde als de vorige modus, maar werkt in ProPhoto RGB-ruimte, lineair gecodeerd. In deze modus worden de RGB-parameters intern gecorrigeerd in XYZ-luminantie (Y-kanaal), zodat ze alleen de kleur beïnvloeden en alleen de “factoren” de helderheid aanpassen.

helling, verschuiving, kracht (ProPhoto RGB) past de ASC CDL toe in ProPhoto RGB-ruimte, lineair gecodeerd. Net als bij de vorige modus worden de RGB-parameters intern gecorrigeerd in XYZ-luminantie. In deze modus fungeert de hellingparameter als belichtingscompensatie, de offset als zwartniveaucorrectie en het vermogen als gammacorrectie. Alle parameters hebben enige invloed op het hele luminantiebereik, maar de helling heeft vooral invloed op de hooglichten, de offset heeft vooral invloed op de schaduwen en het vermogen heeft vooral invloed op de middentonen.

schuifregelaars voor kleurregeling
Deze keuzelijst met combobox is van invloed op de gebruikersinterface die wordt gebruikt voor de bedieningselementen voor schaduwen, middentonen en hooglichten.

RGBL-bedieningselementen bieden directe toegang tot de RGB-parameters die naar het algoritme worden verzonden en intern worden aangepast in XYZ-luminantie, afhankelijk van de gebruikte modus. Ze zijn de enige die zijn opgeslagen in de ontwikkelingsgeschiedenis van darktable.

HSL-bedieningselementen zijn intuïtiever, maar zijn slechts een interface: de tinten en verzadigingen worden dynamisch berekend van en naar de RGB-parameters en worden nooit opgeslagen. Tijdens de HSL-naar-RGB-conversie wordt altijd aangenomen dat de HSL-helderheid 50% is, dus de RGB-parameters zijn altijd gebalanceerd om veranderingen in de helderheid te voorkomen. Tijdens de conversie van RGB naar HSL wordt de HSL-helderheid echter niet gecorrigeerd.

Als gevolg hiervan behoudt het bewerken in RGB, dan in HSL en dan weer in RGB de originele RGB-parameters niet, maar normaliseert ze zodat hun HSL-helderheid 50% is. Het verschil is in de meeste gevallen nauwelijks merkbaar, vooral bij gebruik van de modi die de RGB-parameters al intern corrigeren in XYZ-luminantie.

In beide modi werken extra “factor”-schuifregelaars tegelijk op alle RGB-kanalen. Hun effect is vergelijkbaar met de bedieningselementen van de module niveau’s en heeft alleen invloed op de luminantie.

ingang verzadiging
Een verzadigingscorrectie toegepast vóór de kleurbalans. Dit kan worden gebruikt om kleuren te dempen voordat de balans wordt aangepast, zodat moeilijke afbeeldingen gemakkelijker te verwerken zijn. Wanneer je de afbeelding volledig verzadigt, creëert dit een op luminantie gebaseerde monochrome afbeelding die kan worden gebruikt als een luminantie masker, om kleurfilters te maken met de kleurenbalans-instellingen, zoals een duo-toning of sepia-effect (indien gebruikt met overvloei modi).
uitgangsverzadiging
Een verzadigingscorrectie die wordt toegepast na de kleurbalans. Dit is handig als je eenmaal een goede tintbalans hebt gevonden maar het effect te zwaar vindt, zodat je de globale verzadiging in één keer kunt aanpassen in plaats van elke kanaalverzadiging afzonderlijk te bewerken, wat ten koste gaat van de kleuren.
contrast / contrastdraaipunt
Met de contrastschuifregelaar kan de luminantiescheiding worden vergroot. De waarde van het draaipunt definieert de luminantiewaarde die niet wordt beïnvloed door de contrastcorrectie, dus het contrast zal over het draaipunt rollen. Luminantiewaarden boven het draaipunt worden bijna lineair versterkt. Luminantiewaarden onder het draaipunts-waarde worden gecomprimeerd met een machtsfunctie (waardoor een teen ontstaat). Deze correctie komt na de uitvoerverzadiging en wordt afzonderlijk toegepast op alle RGB-kanalen, dus tinten en verzadigingen blijven mogelijk niet behouden in het geval van dramatische instellingen (schaduwen kunnen opnieuw verzadigd zijn, hooglichten kunnen onverzadigd zijn en enige kleurverschuiving is te verwachten).
schaduwen, middenkleuren, hooglichten
Afhankelijk van de gebruikte modus, regelen de instellingen voor de schaduwen de lift of de offset, de instellingen voor de middenkleuren het gamma of de kracht en de instellingen voor de hooglichten regelen de versterking of de helling. Parameters worden ongewijzigd overgedragen wanneer u de modus wijzigt.

In de RGBL-modus is het bereik van de RGB-schuifregelaars beperkt tot [-0.5; 0,5]. In de HSL-modus is het bereik van de verzadigingsschuifregelaars beperkt tot [0%; 25%]. Waarden buiten deze grenzen kunnen worden gedefinieerd met toetsenbordinvoer door met de rechtermuisknop op de schuifregelaar te klikken.


Note: The shadows, mid-tones and highlights sliders can take up a great deal of space in the color balance module. The overall layout of these sliders can therefore be cycled through three different layouts by clicking on the shadows, mid-tones, highlights heading.


optimize luma
The picker beside the optimize luma label will select the whole image and optimize the factors for shadows, mid-tones and highlights so that the average luminance of the image is 50% Lab, the maximum is 100% and the minimum is 0%, at the output of this module. This is essentially histogram normalization, similar to that performed by the levels module. The optimizer is only really accurate when used in slope, offset, power mode.

If you want more control, you can define three control patches by using the pickers beside each factor slider to sample luminance in selected areas. The shadows picker samples the minimum luminance, the mid-tones picker samples the average luminance, and the highlights picker samples the maximum luminance. The most sensitive parameter is the mid-tones factor, since selecting a slightly different area can lead to dramatic parameter changes. Using the factors pickers alone, without triggering the luma optimization, will allow you to perform adjustments without general optimization, but each parameter is always computed taking the other two into account. Once patches are selected, the label changes to read “optimize luma from patches”. To reset one patch, you can just redo the selection. Patches are not saved in the parameters and are retained only during the current session.

Het is belangrijk op te merken dat de aanpassing van de helderheid alleen gericht is op de uitvoer van de kleurenbalans-module en geen rekening houdt met aanpassingen die later in de pixelpijp in andere modules zijn uitgevoerd (bijv. filmisch rgb, toon curve, kleurzones, niveau’s). Het wordt niet aanbevolen om de kleurenbalans-module te gebruiken om de luminantie globaal op de afbeelding opnieuw toe te wijzen, omdat de originele kleuren niet behouden blijven – modules zoals toon curve of [filmisch rgb](./ filmic-rgb.md) zijn hiervoor beter geschikt. Luminantie-aanpassingen in kleurenbalans worden beter uitgevoerd, in combinatie met kleuraanpassingen, met behulp van maskers.

kleuren neutraliseren
In een afbeelding waar sommige gebieden worden blootgesteld aan direct zonlicht en sommige gebieden worden blootgesteld aan gereflecteerd licht (schaduwen), of waar meerdere kunstmatige lichtbronnen tegelijk aanwezig zijn, hebben schaduwen en hooglichten vaak verschillende kleurtemperaturen. Deze afbeeldingen zijn bijzonder moeilijk te corrigeren, omdat geen enkele algemene witbalans met alle kleuren tegelijk overeenkomt. De kleurneutralisatie-optimalisatie is bedoeld om jou te helpen de complementaire kleur voor schaduwen, middentonen en hooglichten te vinden, zodat alle kleurzweem wordt teruggedraaid en de gemiddelde kleur van de afbeelding neutraal grijs is.

As with the luma optimization, the picker beside the neutralize colors label will trigger a general optimization over the whole image. This works fairly well in landscape photography, or for any photograph with a full spectrum of colors and luminances.

For night and events photography, this will most likely fail and you will need to manually input the sampling areas with the picker beside each hue slider. For the highlights sample, use a color exposed to spotlights that should be neutral white or light gray. For the shadows sample, use a color exposed to ambient light that should be neutral black or dark gray. For the mid-tones sample, use a color exposed by both ambient and spotlights.

Het succes van de optimalisatie hangt af van de kwaliteit van de monsters. Niet elke set monsters zal samenkomen tot een goede oplossing en je moet ervoor zorgen dat de kleurvlakken die je kiest in het echte leven ook echt een neutrale kleur zijn. In veel gevallen zal de optimizer de juiste tint produceren, maar een overmatige verzadiging die wat extra aanpassingen nodig heeft. In sommige gevallen wordt er geen geldige optimalisatie geleverd en moet je de verzadigingsparameters opnieuw instellen en opnieuw beginnen, of gewoon stoppen na de selectie van patches. Houd er rekening mee dat bij automatische optimalisatie de maximale verzadiging 25% is, wat in enkele gevallen misschien niet genoeg is, maar in de meeste gevallen inconsistente resultaten zal voorkomen.

If you select color patches from the hue pickers without triggering the optimization, the software will only perform one round of optimization and then stop. This allows you to control each luminance range separately and avoid divergence of the solution in corner cases. The hue and saturation corrections are computed taking into account the two other luminance ranges and three factors, and will always output the complementary color of the selected area. If you want to reinforce the color of the area instead, you can then add 180° to the computed hue. Once patches are selected, the label changes to read “neutralize colors from patches”. To reset one patch you can just redo the selection. Patches are not saved in the parameters and are retained only during the current session. The parameters found by the automatic neutralization are accurate only in slope, offset, power mode, but can work to some extent in lift, gamma, gain mode too.

translations